Pancreaskanker kan zenuwen in de buurt van de alvleesklier binnendringen en onder druk zetten, wat buik- of rugpijn kan veroorzaken bij patiënten met alvleesklierkanker. Pijnspecialisten kunnen helpen bij het ontwikkelen van pijnbestrijdingsplannen.
Voor de meeste patiënten kunnen morfine of vergelijkbare medicijnen (opioïden) de pijn onder controle houden. Maar veel mensen maken zich zorgen dat deze medicijnen verslavend zullen zijn, maar studies hebben aangetoond dat als patiënten de door artsen voorgeschreven doses innemen, de kans dat patiënten aan dit medicijn verslaafd raken extreem klein is.
Pijnstillers zijn het beste als ze regelmatig worden ingenomen, maar ze zijn minder effectief als ze alleen worden gebruikt als de pijn hevig is. Verschillende langwerkende morfine en andere opioïden zijn in pilvorm en hoeven slechts één of twee keer per dag te worden ingenomen. Er is ook een langwerkend medicijn fentanyl, dat om de 3 dagen als pleister wordt gebruikt. De vaak voorkomende bijwerkingen van deze medicijnen zijn misselijkheid en slaperigheid, die na verloop van tijd de neiging hebben te verbeteren. Constipatie is een veel voorkomende bijwerking en de meeste patiënten moeten elke dag laxeermiddelen gebruiken.
Bovendien kan de arts de zenuwen in de buurt van de alvleesklier blokkeren door anesthetica of zenuwbeschadigende medicijnen te gebruiken. Dit proces wordt bereikt door de naald door de huid te halen of door een endoscoop te gebruiken (een lange, zachte buis die door de maag door de keel loopt). Bovendien kan het gebruik van chemotherapie en/of radiotherapie de pijn verminderen door de grootte van de tumor te verkleinen.